Beschrijving: Parochie Blitterswijck in het NoordLimburgse dorpje Blitterswijck.
RK Parochie OLV Geboorte Blitterswijck (www.parochie-blitterswijck.nl).

SOBERHEID IN DE VEERTIGDAGENTIJD en in de films van Robert Bresson.(1)

Deze veertigdagentijd die we ook vastentijd noemen leert ons om als christenen meer te groeien in soberheid.
Om daardoor met minder meer te genieten. Dat klinkt tegenstrijdig. Van allerlei kanten worden wij aangespoord om te consumeren. Om te eten, te drinken, te snoepen, tv te kijken, om slechts enkele dingen op te noemen. Probeer hiertegen maar eens neen te zeggen. Dat is moeilijk, zelfs in de vastentijd. De vastentijd is eigenlijk een terugkeer naar de eenvoud die het ons mogelijk maakt stil te staan bij de diepere lagen van ons leven. Om te genieten van de kleine dingen. Het zijn de kleine dingen die het doen, leert ons een refrein uit een bekend liedje. Deze tijd leert ons om meer te danken, een woord dat afgeleid is van "denken". "Heb je daaraan nog gedacht?", hoor je vaker zeggen. God en de mensen die je ontmoet danken voor de mogelijkheden die ze jou bieden in jouw leven. Zonder ons te hechten aan wat wij hebben, of treurig te worden om wat wij niet bezitten. De vraag die we ons in deze tijd moeten stellen is: "Bezitten wij de dingen of worden wij door de dingen bezeten?". Bewust beleefde soberheid werkt bevrijdend. Het is niet minder uit het leven halen maar meer. Meer diepte. Zij die van ieder ogenblik meer genieten en dit beter beleven, zijn degenen die ophouden hier en daar iets op te pikken en daarbij altijd zoeken wat zij niet hebben. Hebzucht, genotzucht, eerzucht, zijn strevingen die we moeten zien te matigen en te overwinnen. Wie zich door deze zuchten laat beheersen wordt nooit verzadigd. Met minder meer gelukkig zijn is heel goed mogelijk wanneer we op de juiste wijze omgaan met materie en met onze geest. Je denkt zoveel te moeten hebben, je denkt dat je alles moet meemaken, je denkt dat je alles uit het leven moet halen. Waarom? Soberheid brengt ons meer naar de kern. In de veertigdagentijd zijn er geen bloemen op het altaar. Het gloria wordt achterwege gelaten. Alleluia’s klinken er niet. Orgelspel en andere muziekinstrumenten alleen ter ondersteuning van de zang. Het leven is niet altijd een feest.Kruis- en heiligenbeelden kunnen vanaf de vijfde zondag in de veertigdagentijd in de kerken bedekt worden. De ruimte waarin we de eucharistie vieren in de veertigdagentijd is sober. Soberheid is een van de kenmerken uit de films van Robert Bresson. Hij trok in 1950 internationaal de aandacht met de verfilming van "Journal d’un curé de campagne". Tachtig jaar geleden zag deze roman van Georges Bernanos het levenslicht. In het Nederlands kwam er een vertaling van. "Dagboek van een dorpspastoor". Een jonge priester die net van het seminarie komt krijgt een parochie toegewezen waar hij met veel wantrouwen wordt bekeken. Kinderen lachen hem uit na een catechismusles. Collegapriesters bekritiseren zijn sobere levensstijl. Hij is onhandig, heeft een zwakke gezondheid en ogenschijnlijk heeft hij alles tegen om succesvol te zijn. Maar hij zet door, geeft niet op. In zijn dagboek schrijft hij op wat hem innerlijk beweegt. Dank zij Gods genade weet hij toch dingen tot stand te brengen die hij nooit voor mogelijk had gehouden. Zoals het in vrede laten sterven van een gravin die tot kort vóór haar dood opstandig was tegenover God omdat een kind van haar was afgenomen. De door de duivel bezeten dochter van haar strooit in het dorp praatjes rond dat haar moeder is overleden als gevolg van de strenge woorden die de pastoor tegen haar gesproken zou hebben. Zij geeft dus aan dood van haar moeder een heel andere uitleg. Ofschoon de pastoor er innerlijk van overtuigd is dat hij goed heeft gehandeld, moet hij ondervinden dat zelfs collegapriesters in eerste instantie het verhaal van de dochter geloven en niet zijn verhaal. De regisseur Bresson wist met weinig beelden veel te zeggen. Bij voorkeur maakte hij zwart-wit films. Hij was ervan overtuigd dat mooie decors, mooie kostuums en een veelvoud van kleuren de aandacht van het verhaal zou afleiden. En zo zou de boodschap verloren gaan. Beroemd is de achtervolgingsscène uit "L' Argent", de laatste film die hij in 1983 nog maakte op 82 jarige leeftijd. De dief zit in een auto en wordt achterna gezeten door de politie. De kijker ziet slechts twee shots: dat van zijn voet die het gaspedaal indrukt en van zijn ogen in de achteruitkijkspiegel. De twee shots laten slechts een minimaal deel van de handeling zien, maar zijn gecombineerd met het geluid superkrachtig. Je hoort de sirene steeds dichterbij komen en de motor begint steeds harder te loeien. Dit zorgt voor een enorme spanning. Plotseling drukt de hoofdpersoon op de rem en komt de auto tot stilstand. Je ziet in het shot van de achteruitkijkspiegel de ogen van de hoofdpersoon sluiten. In het volgende shot zie je in close-up een sleutel in een groot slot. Een gevangenisdeur. Iedereen weet dat het over is. Heel anders dan de spectaculaire achtervolgingsscènes die we zien in iedere nieuwe James Bond film. Bresson wilde met zijn filmtechniek terug gaan naar zijn wortels als kunstschilder. In de schilderkunst is het gebruikelijk om alleen maar een gedeelte van de handeling in beeld te brengen. In de filmkunst is het gebruikelijk om alles in beeld te brengen en alleen het overbodige uit beeld te laten. Een schilder denkt wat zal ik in beeld brengen, een cameraman denkt wat zal ik uit beeld laten. Bresson bedacht dus eigenlijk zijn shots alsof hij een schilderij maakte. Net zoals een dagboek orde schept in een chaotisch leven, zo kan een film ons helpen om de complexe en vaak verwarrende wereld waarin wij leven te begrijpen. De films van Robert Bresson brengen ons direct terug maar het meest wezenlijke en eenvoudige zoals bijbelverhalen dat ook doen.

(1) Dit artikel van pastoor Huub van Horne werd in de eerste week van de veertigdagentijd ( 2016 ) gepubliceerd in "Dorpsjournaal"( Blitterswijck ), "Wanssums Nieuws" ( Wanssum ) en "De Schans" ( Castenray )

Omhoog