Beschrijving: Parochie Blitterswijck in het NoordLimburgse dorpje Blitterswijck.
RK Parochie OLV Geboorte Blitterswijck (www.parochie-blitterswijck.nl).

Taborpreek

Tweede zondag van de veertigdagentijd. ( C-jaar; 17-3-2019 )
Soms lees je een artikel in de krant waarin een bijbelvers wordt aangehaald waarvan je je afvraagt: "Staat het wel in de Bijbel? En als het in de Bijbel staat, kan het wel zo uit de context gehaald worden"? Gisteren/eergisteren stond in Dagblad de Limburger een artikel over de tentoonstelling in de St. Janskerk in Maastricht die als thema heeft: Erotica in oude boeken en prenten. De samensteller van de tentoonstelling zegt dat erotica van alle tijden is en zelfs in de Bijbel is terug te vinden. Dat klopt. Hij haalt daarbij het boek Spreuken aan, hoofdstuk 7, vers 17 en 18. Die verzen worden niet alleen in het artikel aangehaald maar ook nog eens apart gezet. Om extra de aandacht daarop te vestigen. Die verzen luiden: "Ik heb mijn bed besprenkeld met mirre, aloë en kaneel. Kom, laat ons dronken worden van minne en tot de morgen zwelgen in de liefde". Dhr. Boonen zegt hierover: "Zo mooi. Dit overstijgt het niveau van platte lust". Toch is het goed om erbij te vermelden van wie die woorden afkomstig zijn en tot wie ze gericht zijn. De aangehaalde verzen zijn uitgesproken door een hoer. En gericht aan een jonge onervaren jongeman die ze wil inpalmen. Direct daarna staat het vers: "Mijn man is niet thuis, hij is ver weg, hij is op reis". Met andere woorden, je hoeft je geen zorgen te maken dat we betrapt worden. In dat hele hoofdstuk geeft een vader zijn zoon een levensles. Behoedt je voor lichtzinnige vrouwen. Dat is wat hij wil zeggen. Het is een zeer spannend hoofdstuk en er zijn maar weinig mensen die dat verhaal uit de Bijbel kennen. Beter hadden verzen aangehaald kunnen woorden uit het boek Hooglied waarin de liefde beschreven wordt tussen een man en een vrouw. Het verband tussen de twee lezingen van deze zondag is niet meteen duidelijk. Normaal kun je direct een verband zien tussen het evangelie en de lezing uit het Oude Testament. We kunnen een verband vinden in het zien van een visioen. Abraham zag een afschrikwekkend visioen, waarin God voor Abraham licht wil zijn. God wil het verbond met Abraham vernieuwen. In het evangelie hoorden we over een schitterend visioen. Het speelt zich af op een berg. De plek waar God zich laat ontmoeten. Jezus wordt opgetild uit het alledaagse. De ontmoeting die Jezus heeft is zo overweldigend dat Hij straalt als een verblindend licht. In één klap wordt voor Jezus duidelijk wat zijn opdracht is. Tijd en eeuwigheid vallen voor even samen. De leerlingen die met Jezus zijn meegegaan staan verbaasd te kijken. Ze begrijpen er niets van. En daarom moeten visioenen uitgelegd worden. Echte leiders, of het nou politieke of religieuze leiders zijn, moeten als het goed is een visie hebben. En ze moeten in staat zijn om die visie duidelijk te maken aan gewone mensen. En zo is het ook met Bijbelverhalen. Teksten moeten altijd in de context geplaatst worden. Anders ontstaan er vreemde voorstellingen. Als je zegt dat in de Bijbel staat: "God bestaat niet " dan klopt dat. Maar je moet er wel bij zeggen dat het gezegd wordt door dwazen. Jezus wil aan drie uitverkoren leerlingen op een berg duidelijk maken dat wanneer ze in een diep dal zitten, wanneer ze het niet meer zien zitten, wanneer ze alleen maar twijfels en vragen hebben, blik dan terug op deze topervaring. En blik ook altijd vooruit. Na regen komt zonneschijn. Na Goede Vrijdag volgt Pasen. Jezus geeft drie uitverkoren leerlingen alvast een voorproefje. Hij geeft toekomstperspectief. We moeten heel vaak bekennen dat onze voorstelling over Jezus beperkt is. We zien Hem niet in zijn ware gedaante. Net zoals toen. Daarom is de verkondiging zo belangrijk. Daarom moeten bijbelverzen uitgelegd worden en in de juiste context geplaatst worden. Vanuit een berg, vanuit de hoogte hebben mensen altijd een beter overzicht. En leren ze wellicht dat ze verder kunnen kijken dan hun neus lang is. Het verhaal over de gedaanteverandering van de Heer dat zich heeft afgespeeld op de berg Tabor mogen we zien als een pedagogisch verhaal. Een verhaal als een blikopener. Leerlingen die een historisch en religieus panorama te zien krijgen. Het verhaal is opgenomen bij drie van de vier evangelisten, Marcus, Lucas en Matteüs. Het wordt altijd voorgelezen op de tweede zondag van de veertigdagentijd en op de dag van 6 augustus wanneer het feest van de Gedaanteverandering van de Heer wordt gevierd. Dat is veertig dagen vóór het feest van de Kruisverheffing dat altijd gevierd wordt op 14 september. De Kerk wil ons het verband laten zien tussen verheerlijking en lijden. De datum van 6 augustus wordt in verband gebracht met de inwijding - in het verre verleden - van een heiligdom op de berg Tabor. Op 8 oktober 1988 bezocht ik met een reisgezelschap de berg Tabor. Met taxi's werden we er naartoe gebracht. Het standbeeld van paus Paulus VI viel mij direct op. In januari 1964 bezocht hij de berg Tabor. Hij overleed in 1978 op de dag van de gedaanteverandering van de Heer. Op de berg had je een prachtig uitzicht op de omgeving en kon je gemakkelijker voorstellen hoe het toen geweest moet zijn voor de drie uitverkoren leerlingen van de Heer, Petrus, Johannes en Jacobus. Het is ook die berg geweest dat een vrouw uit ons reisgezelschap aanvankelijk niet werd toegelaten voor een bezoek in de kerk. Vanwege haar korte mouwen. Nadat ze haar blote armen met papieren servetjes had bedekt werd ze alsnog toegelaten. De pater die haar eerst de toegang had geweigerd moest er nu zelf hartelijk om lachen. De regel was gerespecteerd. Wet en Profeten, Mozes en Elia als vertegenwoordigers daarvan, vervullen een belangrijke rol in het visioen dat zich op die berg heeft afgespeeld. Het Oude en Nieuwe Verbond samen. Met de openbaring van Jezus als groter dan de grootste profeten. Laat ons altijd weer luisteren naar zijn woorden en dat we een goed inzicht krijgen in het mysterie van zijn lijden en verheerlijking.

Amen.  

 

Berg Tabor.